GEDRAGSCODE CAMPUS NEDERLAND
Alle betrokkenen bij een Campus Nederland programma het recht hebben op respectvolle omgang met elkaar. Dat betekent dat geen enkele vorm van respectloze bejegening, verbaal of lichamelijk geweld en/of seksuele intimidatie getolereerd wordt.
Wij realiseren ons dat een veilig en stimulerend programma niet vanzelfsprekend is. Voor deelnemers en Partners is het daarom noodzakelijk dat afspraken gemaakt worden waarmee wij een veilige en stimulerende sfeer kunnen creëren.
Deze Gedragscode legt onze visie- en beleidsuitgangspunten vast en bevat de gedragsregels die partners, tutoren en aanbieders, in deze Gedragscode gezamenlijk genoemd ‘Partners’, in acht moeten nemen bij een Campus Nederland programma. Waar wij spreken van “wij” of “ons” bedoelen wij Campus Nederland, waar wij spreken van “jij” bedoelen wij de Partners en waar wij spreken van “deelnemers” bedoelen wij de kinderen en jongeren die deelnemen aan een Campus Nederland programma.
1. VISIE
1.1 Gelijkheid
Elk kind verdient dezelfde kansen om zijn of haar talenten te ontwikkelen.
1.2 Stimuleren
Zorgen dat kinderen gestimuleerd worden om te ontdekken.
1.3 Verantwoordelijkheid
Kinderen de ruimte geven om verantwoordelijkheid en zelfstandigheid uit te oefenen in concrete situaties.
2. GEDRAGSREGELS
2. 1 Voorbeeldfunctie
Wij verwachten van jou dat je een voorbeeldfunctie vervult in het uitdragen van de Gedragscode. Alleen op die manier kan een veilig klimaat worden gecreëerd. Dat betekent onder meer dat jij bereidt moet zijn om je gedrag aan te passen als anderen dat gedrag storend of intimiderend vinden.
Dit betekent dat:
- wees gericht op het realiseren van de missie en visie van Campus Nederland en lever hier een positieve bijdrage aan;
- wees er van bewust dat jij Campus Nederland vertegenwoordigt in je gedrag te allen tijde dat je aanwezig bent tijdens het programma en daarbuiten, als jij bijvoorbeeld Campus Nederland kleding aanhebt, en pas je gedrag hierop aan.
- het gebruik van drugs, sterke drank en andere stimulerende middelen en het bezitten van wapens of op wapens gelijkende voorwerpen is verboden;
- roken is niet toegestaan op locatie;
- spreek tijdens de werkzaamheden altijd Nederlands met de deelnemers en geen straattaal;
- gebruik je mobiele telefoon alleen tijdens pauzes en in noodgevallen; en
- draag kleding die representatief is en past bij je functie. Kleding zoals gescheurde broeken, korte rokjes, extreem opvallende kleding, petten, jassen, koptelefoons of decoratieve tasjes zijn niet toegestaan tijdens een dienst.
2.2 Redelijkheid
Ga redelijk om met de deelnemers en de andere Partners om. Wie kinderen in redelijkheid benadert, geeft duidelijk uitleg over zijn eigen motieven en plannen, geeft kinderen de ruimte om zelf ontdekken en ontwikkelen, vertrouwt erop dat kinderen zelf verantwoordelijkheid kunnen dragen, en respecteert de kinderen en hun mening, ook als die anders is.
Dit betekent dat:
- stel je niet autoritair en maak geen overdreven regels of sancties, schep geen valse verwachtingen, maar geef aan waar de grenzen liggen en waarom;
- kom je afspraken na. Geef tijdig je beschikbaarheid door en als je verhinderd bent, geef dit zo spoedig mogelijk door aan de Campuscoördinator; en
- voordat jouw dienst begint ben je 15 minuten van tevoren aanwezig, afhankelijk van je dienst, heb je een half uur pauze.
2.3 Stimuleren
Een van de belangrijkste taken van een Campus Nederland Partner is deelnemers stimuleren tot verdere ontplooiing. Het geven van zoveel mogelijk eigen verantwoordelijkheid, uiteraard aangepast aan leeftijd en (verworven) vaardigheden, is een belangrijk facet van stimuleren. Op die manier laat je een deelnemer zien dat je vertrouwen in hem of haar hebt. Dit geldt trouwens niet alleen voor de deelnemers, ook de andere Partners worden op deze manier benaderd. Verantwoordelijkheid geven en vertrouwen hebben, vereisen wel dat er ruimte is voor fouten. Mensen moeten leren en daarvoor moeten zij ook fouten kunnen maken.
Dit betekent dat:
- stimuleer deelnemers om actief mee te doen aan de programma’s en ondersteun hun daarin;
- bied een luisterend oor waar gepast; en
- respecteer, ondersteun en stimuleer weerbaar gedrag, persoonlijke ontwikkeling, ideeën en eigen behoeften bij zowel deelnemers als Partners.
2.4Respectvol met elkaar omgaan
Van Partners en deelnemers verwachten wij dat zij respectvol omgaan met zowel anderen als eigendommen, materialen en hun omgeving. Geen enkele vorm van respectloze communicatie of omgang wordt getolereerd. Daarbij gaat het niet alleen om extremen, zoals lichamelijk geweld of seksuele intimidatie, maar ook om pesten, buitensluiten en discrimineren. Het gaat om alle omgangsvormen waarin sprake is van een gebrek aan respect voor de eigenheid van een deelnemer, Partner of bestuurder.
Dit betekent dat:
- lichamelijk geweld, zoals schoppen, slaan, knijpen of fysiek contact dat wordt gebruikt om een deelnemer te corrigeren, niet wordt getolereerd;
- wees alert en treed actief op tegen kwetsende, beledigende of discriminerende opmerkingen en gedrag van andere Partners of deelnemers en meld dit bij de Campuscoördinator;
- als jij het vermoeden hebt dat een deelnemer seksueel of lichamelijk mishandeld wordt buiten een Campus Nederland programma (bijvoorbeeld in de school of thuissituatie), dan moet je dit melden bij de Campuscoördinator. In dat geval mogen wij contact zoeken met een onafhankelijke instantie die hierin gespecialiseerd is (bijvoorbeeld Advies- en Meldpunt Kindermishandeling AMK);
- ga zorgvuldig omgaat met materialen, maak geen dingen kapot en gooi afval in de daartoe bestemde afvalbak; en
- behandel iedereen gelijk.
2.5 Seksuele intimidatie
Onder seksuele intimidatie verstaan wij seksueel gerichte aandacht die door de ontvanger (eventueel pas later) als ongewenst wordt ervaren. Deze aandacht kan verbaal, non-verbaal of fysiek zijn en kan opzettelijk en onopzettelijk worden gegeven. Seksueel getinte opmerkingen, grapjes of het stellen van intieme vragen vallen onder verbaal intimiderend gedrag. Bij non-verbaal intimiderend gedrag kun je bijvoorbeeld denken aan het gluren in kleding of het laten zien van pornografisch materiaal. Fysiek intimiderend gedrag is bijvoorbeeld het op een als vervelend ervaren manier over iemand heen hangen of iemand aanraken op ongewenste plaatsen.
Bij seksuele intimidatie spelen vaak machtsverhoudingen tussen mannen/jongens en vrouwen/meisjes of tussen volwassenen en kinderen een rol. Deze vaak onzichtbare machtsrelaties maken het uitoefenen van kritiek op degenen die zich schuldig maken aan intimidatie moeilijk. Wij verwachten dat jij je hiervan bewust bent.
Dit betekent dat:
- seksuele intimidatie niet getolereerd wordt, als jij betrokken bent of getuige van seksuele intimidatie, dan moet jij dat melden bij de Campuscoördinator;
- zonder je niet af met één of meer deelnemers;
- houd professionele afstand tot de deelnemers. Dit geldt ook voor contacten per telefoon, email, social media of op schrift. Privé contact onderhouden met deelnemers buiten de programma’s van Campus Nederland is niet toegestaan;
- aanraking mag alleen binnen de ‘normale’ omgangsvormen van Campus Nederland en de aanraking mag nooit gewelddadig of seksueel van aard zijn;
- bij het ontstaan van (wederzijdse) gevoelens van verliefdheid tussen een jou en een deelnemer, moet jij alle tijde voldoende afstand bewaren en mag jij tijdens het programma dan ook niets met deze verliefdheid doen. Wanneer het contact continueert buiten ons programma om, dan zullen wij, indien nodig, de ouders / verzorgers hierover informeren en laten weten dat deze contacten buiten de verantwoording van Campus Nederland liggen. Bij het ontstaan van wederzijdse gevoelens van verliefdheid tussen Partners onderling wordt, wanneer hierdoor een situatie ontstaat die storend is voor de groep, in overleg met de Campuscoördinator naar een oplossing gezocht; en
- je bent in het bezit van een VOG (Verklaring Omtrent Gedrag) als je Partner wordt van Campus Nederland.
2.6 Privacy en social media
Campus Nederland streeft naar een open en veilige sfeer. Dit betekent dat vertrouwelijke informatie, foto’s en andere privacygevoelige gegevens vertrouwelijk moeten blijven. Op het gebied van social media moeten partners zich terughoudend gedragen en met respect voor privacy.
Dit betekent dat:
- wordt geen ‘vrienden’ of ‘volgers’ van deelnemers op social media;
- foto’s en /of opnames van deelnemers worden nooit gemaakt en/of verspreid zonder instemming van Campus Nederland en de deelnemers en in geval van minderjarigheid hun ouders;
- er wordt niet gecommuniceerd via social media (bijvoorbeeld om negatieve uitingen te doen); en
- er geen vertrouwelijk en/of persoonlijke informatie wordt gedeeld met derden of gebruikt voor andere doeleinden dan die van Campus Nederland.